Door Mistersnooker
FC Groningen
moet met zijn wetenschappelijke benadering oppassen voor een paar gevaarlijke
valkuilen in de voetbalstatistieken. Ze zijn namelijk niet altijd betrouwbaar
en zeggen soms iets wat niet waar is. Voorbeeld? Het percentage balbezit is
niet onderverdeeld in eigen helft en helft van de tegenpartij. Johan Cruijff
was de eerste die dit onderkende. Balbezit zei hem niet zoveel. Wel het
balbezit op de helft van de tegenpartij.
Een ander
voorbeeld. In de statistieken wordt onder meer aangegeven hoeveel passes een
speler geeft en hoeveel daarvan aankomen bij een medespeler. Deze cijfers van
spelers met elkaar vergelijken en daaruit conclusies trekken is gevaarlijk,
want een verdediger op eigen helft kan met veel minder risico passen dan een
aanvaller op de helft van de tegenstander.
Derde
voorbeeld. De Deense club FC Midtjylland trok tot voor kort alleen spelers aan
op basis van hun statistieken. Vroeger had de club een scout in vaste dienst
die overal ter wereld op zoek moest naar spelers. De nieuwe eigenaar Matthew
Benham vond dat amateuristisch en onpraktisch. De Amerikaan was in eigen land
gewend aan het belang van sportstatistieken en ontsloeg de scout en ging in zee
met een groepje data-analisten in Londen.
In Londen
beschikte men over een databank met alle professionele spelers ter wereld. Als
Midtjylland een tweebenige centrale verdediger zocht tussen de 22 en 26 jaar
die het laatste half jaar niet was geblesseerd dan kreeg de club met een druk
op de knop de ideale speler voorgeschoteld. De persoonlijke statistieken werden
erbij gehaald en men had een ideaal beeld van de aan te trekken speler.
Dat dacht
men. Maar sinds kort zijn ook bij die club de statistieken niet meer heilig.
Wat bleek? In een voetballand met een laag spelniveau haalden spelers veel
betere statistieken dan in bijvoorbeeld een sterk voetballand als Duitsland of
Engeland. Conclusie: de statistieken vertellen niet de absolute waarheid over de
sterkte van een speler.
In de
glorieperiode van Midtjylland – twee jaar geleden werd de club uit het niets
landskampioen – vertelde de technisch directeur Claus Steinlein trots dat ze in
het technisch beleid het verstand volgden in plaats van het hart. Inmiddels is
ook hij erachter gekomen dat voetbalstatistieken geplaatst moeten worden in de juiste context om iets te weten te komen over een speler.
Persoonlijk
ben ik een voorstander van de wetenschappelijke weg die FC Groningen is
ingeslagen. Maar conclusies trekken uit voetbalstatistieken is een gevaarlijke
aangelegenheid.
(Elke maandag- en vrijdagmiddag om
precies 18 uur een opinierend verhaal over FC Groningen)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten