vrijdag 7 april 2017

De stille kracht van FC Groningen: Ruben Yttegard Jenssen



Door Mistersnooker

Een paar dagen na de gewonnen wedstrijd tegen NEC en een dag voor het belangrijke duel tegen ADO gaat deze column niet over de kansen voor FC Groningen om toch nog de playoffs te behalen. Dit verhaal gaat ook niet over de uitblinkende Bacuna of over de reddingen van keeper Padt. Dit stukje gaat over de stille kracht van FC Groningen: Ruben Yttergard Jenssen.

De 29-jarige Noor wordt zelden uitgebreid genoemd in de krantenverslagen en hij is ook vrijwel nooit het onderwerp van gespreksstof bij de supporters. Maar voor het elftal is hij goud waard. Jenssen is zo’n speler die je pas waardeert als hij niet meedoet. In het veld is hij niet te beroerd om vuil werk op te knappen en om een keer meters te maken ten behoeve van anderen.

Heeft de clubleiding de laatste jaren de plank misgeslagen door tegenvallende spitsen aan te trekken, met het contracteren van Jenssen heeft FC Groningen ogenschijnlijk een modelprof aan zich gebonden. Het zou me niets verbazen als trainer Ernest Faber bij de keuze van de basiself als eerste de naam van Jenssen op het scorebord schrijft. Als hij niet is geblesseerd of geschorst dan doet hij mee.

Jenssen kwam vorig jaar transfervrij over van 1. FC Kauserslautern. Zeven jaar geleden maakte hij zijn debuut als international van Noorwegen. En nog eerder was hij aanvoerder van het Noorse elftal onder 21 jaar. Bij FC Groningen fungeert hij als stofzuiger. Van hem hoef je geen technische hoogstandjes of juwelen van doelpunten te verwachten. Maar bij hem zie je ook vrijwel nooit mislukte passes of verkeerde keuzes.

Jenssen is het cement van het elftal. Hij is zo’n speler die andere voetballers beter laat spelen. Met hem in het team kunnen spelers als Linssen, Mahi en Drost naar hartenlust aanvallen. Zij weten zich in de rug gesteund door een 1 meter en 73 centimeter lange Noor die feilloos posities inneemt voor het geval er voorin iets misgaat en er iets gerepareerd dient te worden.

Jenssen – geen tattoes, normale haardracht – valt ook goed bij de trouwe fans in Groningen. Hij is van het motto ‘doe maar normaal dan doe je gek genoeg’ en daar houden noorderlingen wel van. Na Kaiserslautern kon hij kiezen uit meerdere clubs. Hij had elders meer geld kunnen verdienen dan hier, maar koos toch voor de FC. En eigenlijk ook voor de stad Groningen, want in een van de eerste interviews zei hij dat Groningen een mooiere stad is dan Amsterdam.

(Elke maandag en vrijdag om 18 uur een opinierend verhaal over FC Groningen op dit blog)

    


  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten